Heupdysplasie
Heupdysplasie is een grotendeels erfelijk bepaalde afwijking waarbij
misvorming en slijtage ontstaat in de heupgewrichten.
Deze afwijking kan (ernstige) pijnklachten veroorzaken. Opvallend is echter
dat de veranderingen die gezien worden op röntgenfoto's absoluut
niet te koppelen zijn aan de ernst van de pijn. Het komt regelmatig voor
dat er bij een hond van b.v. 10 jaar oud ontdekt wordt dat de heupen totaal
versleten zijn terwijl deze hond nooit duidelijk klachten heeft laten
zien. Voor een behandeling is het daarom belangrijk om naar de hele hond
te kijken en niet alleen naar de röntgenfoto's
De bepalende factor voor het ontstaan van deze afwijking is een te losse
verbinding tussen de heupkom en de heupkop. Deze verbinding wordt gevormd
door het gewrichtskapsel dat als een manchet om het gewricht heen zit
en een ligament (korte pees) die in het gewricht tussen de kom en de heupkop
zit (zie onderstaande tekening)
Wanneer deze verbinding te ruim is kan de heupkop een stukje uit de kom
komen en worden de krachten uitsluitend overgebracht op de bovenrand van
de heupkom.
Deze ongelijke belasting van de kop en de kom veroorzaakt slijtage van
het kraakbeen en overrekking en irritatie van het gewrichtskapsel dat
daardoor stugger en dikker wordt. Deze processen samen worden artrose
genoemd. Uiteindelijk kan een dergelijk heupgewricht helemaal verdwenen
zijn. (zie onderstaande foto.)
Klik op de foto voor een vergroting
Deze 'losheid' van het gewricht is al op een leeftijd van 16 weken te
bepalen. Op grond van een aantal röntgenfoto's volgens de z.g. Pennhip-methode
is een distractie-index uit te rekenen. Op basis hiervan is een betrouwbare
voorspelling te doen of een hond wel of geen artrose in de heupgewrichten
zal ontwikkelen. Met deze methode is GEEN voorspelling te doen over de
uitslag die een hond bij de 'officiële' röntgenbeoordeling door
de Hirchfeldstichting t.b.v. de fokkerij zal krijgen.
klik op de foto voor een vergroting
Behandelingsmogelijkheden;
Er is eigenlijk voor iedere hond, op iedere leeftijd een behandeling mogelijk.
Hieronder worden een aantal mogelijkheden besproken.
Bij de behandelingen is de leeftijd en het stadium van de slijtage van
grote invloed.
1; Zoals bij veel aandoeningen is een behandeling in een zo vroeg mogelijk
stadium het beste. Bij pups waarbij, met de hierboven beschreven methode,
ontdekt is dat zij een grote kans op het ontwikkelen van heupdysplasie
hebben is het op zeer eenvoudig wijze mogelijk om de groei van het bekken
zodanig te beïnvloeden dat er zich geen of veel minder artrose zal
ontwikkelen. Bij deze methode wordt de groeischijf in de bekkenbodem 'kapot'
gemaakt. De bekkenbodem groeit hierdoor veel langzamer dan de rest van
het bekken waardoor de heupkommen over de heupkop heen draaien. Deze methode
wordt sinds enkele jaren bij enkele specialisten toegepast en de resultaten
zijn zeer bevredigend.
2; Wanneer er heupdysplasie ontdekt wordt op een leeftijd van van 5 tot
11 maanden is er ook een behandeling mogelijk waarbij een standsverandering
van de heupkommen optreedt. Dit lukt niet meer door gebruik te maken van
de groei van het bekken zoals op een leeftijd van 16 weken. Om een vergelijkbare
draaiing/kanteling te bereiken moet het bekken rondom de heupkom worden
doorgezaagd. Hierna wordt met behulp van een z.g. 'kantelplaat' de heupkom
onder de gewenste (20 of 25 graden) nieuwe hoek opnieuw vastgezet. Het
spreekt vanzelf dat dit een grote en belastende operatie is. Deze ingreep
wordt al tientallen jaren uitgevoerd met succes.
klik op de foto's voor een vergroting
3; In een aantal gevallen is een dergelijke bekkenkanteling niet nodig.
Wanneer de klachten gering zijn of wanneer de heupdysplasie bij 'toeval'
ontdekt is kan er met andere maatregelen ook een goede oplossing worden
gevonden;
Lichaamsgewicht onder controle houden. Overgewicht is taboe!
Spieren getraind houden. Deze kunnen namelijk de instabiliteit door het
'losse' kapsel heel goed opvangen.
Ontstekingsremmers zijn in staat om de artrose mee te helpen afremmen.
Er bestaan aanwijzingen dat bepaalde voedingssupplementen ook invloed
hebben op de snelheid waarmee zich artrose ontwikkeld. Dit doen zij door
de samenstelling van het gewrichtkraakbeen en de gewrichtsvloeistof op
een goede manier te beïnvloeden.
4; Wanneer een heup ernstig versleten is en veel pijn veroorzaakt zijn
er nog steeds een aantal mogelijkheden;
Klik
op de foto voor een vergroting
Het verwijderen van de heupkop. Hierbij wordt de gehele heupkop weggenomen.
Feitelijk is er dan dus géén heupgewricht meer. De bovenkant
van bovenbeen lijkt los in de bilspieren te steken. Er ontwikkelt zich
echter hier relatief snel een stevig bindweefselkapsel in deze spieren
dat als een 'namaak' of pseudo-gewricht gaat werken. Deze operatie noemen
we een heupkopresectie. Na een revalidatie van 2 - 3 maanden kan de achterpoot
weer zonder of met veel minder pijn gebruikt worden.
Het plaatsen van een nieuwe heupkom en een nieuwe heupkom. Technisch gezien
is een dergelijke heupprothese de mooiste oplossing. De hond krijgt immers
een fonkelnieuwe heup! Complicaties zijn echter zeer zeker mogelijk. De
belangrijkste daarvan is een infectie met bacteriën op de grens tussen
bot en de nieuwe heup. Dit kan tot gevolg hebben dat de kunstheup weer
verwijderd moet worden. In plaats van een heupprothese die met botcement
wordt bevestigd is er tegenwoordig een kunstheup die wordt vastgeschroefd.
5; Ingrepen gericht op uitsluitend pijnbestrijding;
Naast ingrepen die gericht zijn op het veranderen of aanpassen van het
heupgewricht zijn er een aantal die het heupgewricht onveranderd laten
maar vooral gericht zijn op het verminderen van de pijn.
Het doorsnijden/verwijderen van een spiertje aan de binnenzijde van het
dijbeen. Bij misvormingen van de heup 'verkrampt' dit spiertje. In de
loop van de tijd wordt deze spier hierdoor een pijnlijke bindweefselstreng.
Het verwijderen van dit spiertje geeft, hoewel tijdelijk, een duidelijke
verlichting van de pijnklachten.
Het kapotmaken van de zenuwtakjes die de pijnprikkels vanuit .het gewrichtskapsel
geleiden. Het is mogelijk om een deel van deze zenuwen uit te schakelen.
Ook dit zal een vermindering van de pijn geven. Deze methode is relatief
nieuw en de resultaten kunnen erg wisselen omdat niet de zenuwtakjes vanuit
het gehele kapsel en vanuit het gewrichtsoppervlak kunnen worden uitgeschakeld.
Voorkomen is beter dan genezen. Het is daarom van het
grootste belang dat er alleen gefokt wordt met ouderdieren met goede heupen.
In het fokbeleid van de Old English Sheepdog Club Nederland is dan ook
geregeld dat toekomstige ouderdieren op heupdysplasie gecontroleerd dienen
te zijn
Deze controle houdt in dat röntgenfoto's van de heupen door een
speciaal daarvoor aangestelde commissie worden beoordeeld. Voor het maken
van de officiële HD foto's moet de Old English Sheepdog minimaal
1 jaar oud zijn.(kan bij andere rassen ook 1,5 jaar zijn) De foto's moeten
op een voorgeschreven manier worden gemaakt en de dierenarts moet een
overeenkomst hebben met de beoordelingsinstantie om de foto's te mogen
inzenden..
Commissie voor heupdysplasie-onderzoek bij de hond
Eén van de taken van de commissie voor heupdysplasie-onderzoek
bij de hond is de beoordeling van röntgenfoto's van de heupgewrichten
van honden. Deze beoordeling verschaft informatie aan fokkers en rasverenigingen
die gegevens over heupdysplasie in hun selectieprogramma willen gebruiken.
De röntgenfoto's, de zogenaamde HD-foto's, kunnen in principe door
iedere praktiserende dierenarts die over röntgenapparatuur beschikt
gemaakt worden.
Röntgenfoto's die bij de HD-commissie binnenkomen worden in diezelfde
week - of uiterlijk de daar op volgende week, beoordeeld. Nadat de beoordelingskosten
door de W.K. Hirschfeldstichting zijn ontvangen, wordt de uitslag verzonden.
U ontvangt de uitslag dan dus uiterlijk twee weken nadat de foto's bij
de HD-commissie zijn binnengekomen.
Rapport heupdysplasie-onderzoek
Op het rapport heupdysplasie-onderzoek treft u de definitieve HD-beoordeling
aan, de F.C.I.-beoordeling en een aantal gegevens die een verklaring geven
voor de definitieve beoordeling.
F.C.I.-beoordeling
De F.C.I.-beoordeling is niets anders dan een vertaling van de HD-beoordeling
naar een internationaal geldende code waardoor het mogelijk wordt de HD-uitslagen
uit verschillende landen met elkaar te vergelijken.
De beoordeling van onderdelen
Bij de beoordeling van HD-foto's wordt gelet op de vorm van de heupkommen
en de heupkoppen, de diepte van de kommen, de aansluiting van de koppen
in de kommen en de aanwezigheid van eventuele botwoekeringen langs randen
van de gewrichten. Informatie over de diepte van de heupkommen en de aansluiting
van de koppen in de kommen wordt verkregen uit de zogenaamde "Norbergwaarde".
De Norbergwaarden van linker en rechter gewricht worden bij elkaar opgeteld
en geven samen de op het rapport vermelde "som Norbergwaarden".
Bij een normaal heupgewricht is de Norbergwaarde minstens 15, de som van
de Norbergwaarden van beide heupen is dus minstens 30.
Nobergwaarde
- toelichting bij illustratie.
Van beide heupkoppen [1] wordt het middelpunt bepaald en deze middelpunten
worden verbonden door een lijn. In beide heupgewrichten wordt vanuit dit
middelpunt een lijn langs de voorste rand van de heupkom [2] getrokken.
De hoek die beide lijnen in het middelpunt met elkaar maken, min 90 graden,
geeft de Norbergwaarde van het betreffende heupgewricht [3]. De Norbergwaarden
van linker en rechter gewricht bij elkaar opgeteld geeft de "som
Norbergwaarden" die op het rapport vermeld is.
Aansluiting
Honden met een te lage Norbergwaarde hebben dus ondiepe heupkommen en/of
een slechte aansluiting van de gewrichtsdelen. Deze honden zullen dus
een minder gunstige HD-beoordeling krijgen. Een normale of zelfs hoge
Norbergwaarde betekent echter niet zonder meer dat de betreffende hond
goede heupgewrichten heeft. Een combinatie van diepe heupkommen en incongruentie
van de gewrichtsspleet (dat wil zeggen dat de zogenaamde gewrichtsspleet
niet overal even breed is) of een onvoldoende aansluiting van de gewrichtsdelen
kan, zelfs bij een hoge Norbergwaarde, leiden tot een (licht) positieve
beoordeling. Op het formulier wordt dit duidelijk gemaakt door het aankruisen
van "slechte aansluiting".
Botafwijkingen
Naast de Norbergwaarde, de diepte van de heupkommen en de aansluiting
van de gewrichtsdelen wordt de uitslag ook beïnvloed door de aanwezigheid
van "botafwijkingen". Er is een rechtstreekse koppeling tussen
de ernst van de botafwijkingen en de uitslag.
Vormveranderingen
De aanduiding "vormveranderingen" betreft meestal een meer of
minder duidelijke afvlakking van de voorste rand van de heupkom. De aanwezigheid
hiervan wordt wel vermeld maar heeft over het algemeen geen doorslaggevende
betekenis voor de definitieve beoordeling.
HD-beoordeling
Alle gegevens samen bepalen de definitieve beoordeling, waarbij het meest
ongunstige onderdeel uiteindelijk de doorslag geeft. Een bepaalde HD-beoordeling
kan ook gebaseerd zijn op uitsluitend de diepte van de heupkommen, op
de aansluiting van de gewrichtsdelen, op de aanwezigheid van botwoekeringen
of op een combinatie van twee of alle drie onderdelen. Dit is weer te
herleiden uit de verschillende gegevens zoals die op het HD-rapport vermeld
zijn.
|